Het aantal kinderen tussen de zes en zestien jaar dat geen zwemdiploma heeft, is de afgelopen jaren verdubbeld. In 2018 ging het nog om zes procent van de kinderen, vorig jaar was dat percentage opgelopen naar dertien procent, blijkt uit cijfers van het Mulier Instituut. Ook tijdens de coronapandemie was dit percentage al gestegen naar negen procent. Hart van Hoorn wil weten hoeveel kinderen in Hoorn geen zwemdiploma hebben en of het college maatregelen wil nemen zodat iedereen de mogelijkheid krijg om te leren zwemmen.
Het inkomen van een gezin speelt een grote rol bij het behalen van een zwemdiploma. Hoe hoger het inkomen van het gezin, hoe vaker kinderen zwemdiploma’s hebben. Een kwart van de kinderen uit de laagste inkomensgroep heeft geen diploma. In de hoogste inkomensgroep is dit maar twee procent. Ook achtergrond heeft invloed. Verder speelt mee of kinderen een migratieachtergrond hebben. Die kinderen hebben in 28 procent van de gevallen geen zwemdiploma, tegen 5 procent bij kinderen zonder migratieachtergrond. Van de kinderen met ouders met een migratieachtergrond, dat zijn dus kinderen die zelf wel in Nederland zijn geboren, heeft 18 procent geen diploma.
Debbie Katers namens Hart van Hoorn: “Het halen van een zwemdiploma kan honderden euro’s kosten. Onze fractie wil weten hoeveel kinderen in Hoorn geen zwemdiploma hebben en hoeveel gezinnen gebruikmaken om via de bijzonder bijstand gebruik maken van zwemles. Klopt het dat ouders de kosten van het zwemmen eerst moeten voorschieten en vervolgens moeten declareren bij de gemeente? Is er een werkwijze te bedenken waarbij de vergoeding direct verloopt via de zwembaden en de gemeente?”