Schoolpleinen zijn te klein en voldoen niet aan de norm

De ruimte die Nederlandse basisschoolleerlingen buiten krijgen, blijft volgens Hart van Hoorn structureel achter bij de nieuwe normen voor speelruimte, ondanks dat gemeenten al sinds 2021 verplicht zijn minimaal vijf vierkante meter per leerling te realiseren bij nieuwbouw. “Volgens bevindingen van het tv-programma Pointer is de realiteit echter anders: basisschoolpleinen bieden gemiddeld slechts drie vierkante meter speelruimte per kind. Deze schokkende conclusie, dat een vrije-uitloopkip in Nederland meer ruimte heeft dan een schoolkind, benadrukt opnieuw hoezeer het welzijn van kinderen wordt verwaarloosd in ruimtelijke planning”, stelt Debbie Katers namens Hart van Hoorn.

Partijen als Hart van Hoorn en IVN Natuureducatie roepen beleidsmakers al lange tijd op om het belang van voldoende en kwalitatieve speelruimte serieus te nemen. Hart van Hoorn kaartte onlangs de plannen rond het nieuwe plein voor de Mariaschool in Hoorn aan, waar volgens de partij onzekerheid bestaat over de vraag of de landelijke norm gehaald wordt. Debbie Katers: “In navolging van het Kwaliteitskader Huisvesting Onderwijs – dat juist tot doel had om schoolgebouwen en hun buitenruimte te optimaliseren – lijkt het alsof gemeenten deze gestelde kaders niet naleven.

Ondanks het feit dat juist de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de onderwijssector zelf pleitten voor de nieuwe norm, blijft de daadwerkelijke toepassing achter.”

“Buiten spelen is niet alleen essentieel voor ontspanning, maar ook voor de fysieke en mentale ontwikkeling van kinderen”, gaat Katers verder. “Een gebrek aan ruimte beperkt hun mogelijkheden om te bewegen, sociale interacties aan te gaan en hun energie kwijt te kunnen.” Volgens Debbie Katers draagt spelen bovendien bij aan betere schoolprestaties en een gezond leefpatroon. “Heel belangrijk in een tijd waarin kinderen te kampen hebben met prestatiedruk.”

Onderzoeken tonen aan dat groene schoolpleinen de concentratie verbeteren, de sfeer bevorderen en het pesten terugdringen. Hart van Hoorn pleit er dan ook voor om met groene pleinen kinderen op een natuurlijke en inspirerende manier te laten spelen en leren. “Een schoolplein kan daarmee een rustpunt vormen, een plek waar leerlingen op een gezonde manier even kunnen opladen.”

“Het tijd is om een einde te maken aan de ‘intensieve kindhouderij’. In de drukte rond de onderwijsprestaties en leerachterstanden op het gebied van rekenen en taal lijken de basisvoorwaarden voor welzijn, zoals voldoende speelruimte, over het hoofd te worden gezien. Groene, ruime schoolpleinen kunnen een aanzienlijke bijdrage leveren aan het welzijn van kinderen, hun prestaties én de algehele sfeer binnen scholen.

Het is tijd dat bij nieuwbouw de gestelde normen in het Kwaliteitskader Huisvesting Onderwijs serieus genomen worden en actief werk te maken van toekomstbestendige, groene schoolpleinen. De investeringen hierin zullen zich niet alleen uitbetalen in gezondere, blijere kinderen, maar ook in een omgeving die de schoolprestaties en sociale ontwikkeling bevordert. De landelijke richtlijn voor speelpleinen adviseert scholen om 5 tot 8 vierkante meter buitenruimte per leerling te voorzien. Met 480 leerlingen straks op de Mariaschool zou dat betekenen dat een schoolplein van 2400 tot 3840 vierkante meter nodig is om aan deze norm te voldoen.”

Hart van Hoorn heeft het college gevraagd om inzicht te geven in de exacte plannen voor de speelruimte bij de Mariaschool en wil weten waarom mogelijk van de richtlijn wordt afgeweken. Daarnaast wil de fractie weten hoe het is gesteld met alle overige scholen in Hoorn, Blokker en Zwaag en of deze voldoen aan de gestelde eisen.

Meer nieuws